Tafeltennistafel outdoor

De geschiedenis van tafeltennis

De basis van het spelletje tafeltennis ligt bij tennis en badminton. Net als veel sporten begon tafeltennis als een sociaal verzetje. Het zou als eerste gespeeld worden door Britse militairen in India en Zuid-Afrika en zijn meegenomen naar Engeland. Rond 1900 werd het spel bekend onder de huidige namen tafeltennis en pingpong. Het woord pingpong is een uit het Engels overgenomen klanknabootsing van het geluid als het balletje en batje elkaar raken.

Pingpong voor alle leeftijden

Het basisspel tafeltennis is eigenlijk heel eenvoudig. Twee of meerdere spelers spelen met een batje een licht en hol balletje heen en weer over een tafeltennistafel met een net in het midden. Het doel van het spel is de bal over het net te slaan op de tafelhelft van de tegenstander en wel op zo’n manier dat de tegenstander deze niet of niet goed kan terugslaan. Deze techniek is relatief simpel en iedereen kan het spelen op zijn eigen niveau. Dat maakt tafeltennis dan ook geschikt voor elke leeftijd. Het kan tot op zeer hoge leeftijd en met kans op weinig blessures worden beoefend.

Tafeltennissen is goed voor de gezondheid

Pingpong is een fysiek intensieve sport. Alle spieren komen in beweging. Lopen en voetenwerk zijn belangrijk om de juiste positie in te nemen, soepele armbewegingen, polsen en handen zijn belangrijk voor het maken van de juiste slag. En ook de spieren in de romp doen mee om de juiste houding te bepalen. Bovendien moet je ook goed nadenken bij tafeltennis. Je moet constant opletten wat de zwakke punten van je tegenstander zijn en met welk effect de bal wordt gespeeld. Omdat het een snel spel is, heb je een goed reactievermogen nodig om de bal van de tegenstander correct terug te spelen. Bij ouderen is zelfs vastgesteld dat tafeltennis, net als andere vormen van beweging, dementie kan voorkomen dan wel vertragen. Om iedereen aan het pingpongen te krijgen, zouden er eigenlijk veel meer tafeltennistafels buiten in de openbare ruimte geplaatst moeten worden.